Erik van Loon krijgt niks cadeau deze Dakar. Na de aaneenschakeling van kapotte multiriemen lag het pijnpunt in de elfde etappe bij de wielen. De proef van Antofagasta naar El Salvador lag vergeven van de stenen. Met drie daarvan kwam de HRX Ford van Van Loon iets te hard in aanraking, met twee ontplofte wielen en nog eens twee lekke banden tot gevolg.
Na een urenlange exercitie in de Atacama moest Erik van Loon er in het bivak in El Salvador uiteindelijk maar om lachen. “Wat moet ik anders? Hoeveel pech kun je hebben? Dit krijg je toch niet verzonnen…? We hebben Dakardagen gehad, zware Dakardagen gehad en dit was een heel zware Dakardag. En aan de auto lag het deze keer echt niet.”
De 605 kilometer lange special, de koninginnenrit van deze Dakar, begon goed. Van Loon moest achterin het veld starten, maar haalde de ene na de andere auto in. “We hebben ze letterlijk afgestreept: een streepje voor iedere auto of truck die we inhaalden. Dat waren er best veel, terwijl inhalen niet altijd even gemakkelijk was in het feshfesh.”
In het hoog opwaaiende poeder zag Van Loon een kei over het hoofd. “Lekke band. Dus gauw wisselen en weer verder. Niks om je druk over te maken, dachten we. Toen was dat ook nog niet zo, maar 20 kilometer verderop vlogen we met 150 over een topje. Bij de landing klapte ik linksvoor op een steen. Het voor- en het achterwiel ontploften.”
De schade was aanzienlijk. De remleiding voor lekte, achter lekte de remklauw. Het achterwiel bleek geïmplodeerd, waardoor het er niet af te krijgen was. “Ik had de moed al opgegeven”, vertelt Van Loon. “Onze reddingsbrigade – Eimbert Timmermans – stond nog uren achter ons en was bovendien bezig de turbo van Frits van Eerd te repareren. Ik heb het achterwiel vastgedraaid zodat het er niet af zou lopen maar nog wel kon bewegen. De remklauw was toch al kapot, dus die heb ik opgeofferd in de hoop dat die het wiel weer zou openduwen. Dat werkte nog ook, dus toen kon ik de laatste wielen er onder zetten.”
Drie reservewielen moet doorgaans genoeg zijn voor een dag, maar met nog 480 kilometer voor zich zonder reservewielen zat Van Loon niet echt lekker. “Overal waar ik keek lagen stenen. Stenen, stenen, niks dan stenen. Ik werd er gek van. Maar we hebben goed gemanaged gereden: overal waar veel stenen lagen rustig aan gedaan. Het ging nog lang goed. De duinen gingen prima zelfs.”
Het klussen aan de wielen had wel anderhalf uur gekost en dus hobbelde Van Loon weer overal achteraan. De snelle pistes met opnieuw veel feshfesh in het laatste deel van de etappe waren al helemaal kapot gereden. “Dus dan zoek je de kantjes op waar het nog enigszins intact is. Ik kwam met 120, 130 aan de buitenkant door een bochtje en zie in een flits een steen liggen, midden op de piste. Bam! Precies er bovenop: band lek. En die had ik niet meer. Alle drie de reservewielen lagen er al op.”
Er zat niks anders op dan alsnog te wachten op Eimbert Timmermans, die nog een wiel voor de auto bij zich had. Complicerende factor was alleen dat van de truck van Timmermans het chassis was gescheurd en met spanbanden aan elkaar hing. De truck kon niet harder dan met een gangetje van 40 kilometer per uur over het parkoers. “We hebben tweeëneenhalf uur staan wachten. Eerst al anderhalf uur zoet geweest met repareren en nu nog eens een halve middag staan wachten.” Van Loon drukte de wielen als 50ste over de streep in El Salvador.
Dat betekent dat hij in de twaalfde etappe weer achteraan moet starten. Dat lijkt nog een stevige te worden met veel zand, maar daarna gloort toch echt de finish in Valparaiso. “We zullen wel zien wat het morgen weer wordt. Het lijkt wel of we de finish niet mogen halen. Het scheelde vandaag niet veel, maar we staan er toch weer.”